Het overgrote merendeel van de gewone burger is echter woest, omdat de burger moet betalen voor de wandaden van rijke bankiers die met grote bonussen thuis mogen komen. Het ligt dus voor de hand dat de burgers op zoek zijn naar een schuldige. Echte voldoening en gevoel van rechtvaardigheid krijgt men waarschijnlijk pas als minimaal één persoon verantwoording moet afleggen in de vorm van straf. Of diegene ook daadwerkelijk schuld heeft, is daarbij ondergeschikt. Net als in de film Arlington Road, is het belangrijker dat er snel een schuldige wordt gevonden, dan te achterhalen wie nu eigenlijk schuld heeft. Iemand die wettig, maar toch moreel verwerpelijk heeft gehandeld, zoals Wim Kok en Rijkman Groenink, zal toch moeten boeten.
Hoewel ik ook met grote afkeer naar de twee laatstgenoemde heb zitten kijken, rees er bij mij nog een veel fundamentelere vraag: Zijn we niet allemaal een klein beetje schuldig? Kan het ook zo zijn dat de maatschappij als geheel zo’n complex systeem heeft geschapen, dat uiteindelijk niemand er nog directe controle over kon hebben? Zolang het goed ging en we allen de vruchten plukten van het systeem, hebben we alles gedoogd. In december 2007 plaatste ik een dergelijke voorspelling op het forum van Tegenlicht naar aanleiding van “De nieuwe ondernemer en de hyperconsument”. Daarin stelde ik: “De “Captains of Industry” zijn meestal buitengewoon hoogopgeleide en verstandige mensen. Maar de vraag is, of hun beeld de realiteit nog wel benadert, aangezien deze kleine machtige groep mensen bij uitstek groot is geworden dankzij het systeem en dus van nature nooit het systeem serieus ter discussie zal stellen... ...Ikzelf heb na het zien van de film “The Cube”, mijzelf altijd afgevraagd of de mens in staat is een systeem te creëren, dat zo complex is dat uiteindelijk iedereen zelf slechts verantwoordelijk is voor zo’n klein gedeelte ervan dat niemand meer het geheel overziet... ...Of het nu om de markt gaat of over politiek, meestal verlopen zulke systemen via een golfbewegingen die zichzelf uiteindelijk corrigeren.”
Eén van de problemen bij grote multinationalbanken is dat (net als ieder ander bedrijf) winst het enige doel is. Welliswaar zullen banken er veel aan doen om een betrouwbaar en klantvriendelijk imago op te bouwen, maar dat heeft uitsluitend als doel meer winst te behalen. Het is van ondergeschikt belang of de bank daadwerkelijk betrouwbaar en klantvriendelijk is. Banken zijn daarmee de moderne versies van “Rupsje nooitgenoeg”. De banken worden alleen geen vlinder. Ze blijven groeien en elkaar consumeren tot er niks meer te consumeren valt. Maar in tegenstelling tot andere bedrijven vormen de banken zo’n belangrijke basis voor het functioneren van de huidige maarschappij, dat de maatschappij helemaal niet meer zonder kan. Als de bank dus uit zijn voegen scheurt, dreigt de hele maatschappij mee te scheuren. Juist doordat de maatschappij zo veel meer afhankelijk is van de bank, dan de bank van de maatschappij, konden hebzuchtige autisten als Rijkman Groenink de hoogste functies bekleden.
Het lijkt er nu sterk op dat het financiële systeem inderdaad zo groot, zo complex en zo ondoorzichtig was geworden, dat niemand meer in staat was het geheel ervan te overzien. Als mensen niet meer in staat zijn hun eigen creaties te doorgronden, kan je ook niet meer verwachten dat de mens controle heeft. Hoe interessant de vraag over de schuldige en de manier van handelen van een paar individuen ook is, veel relevanter is te kijken naar de oorzaak van de crisis en de complexiteit ervan. Als we als maatschappij een nieuwe crisis willen voorkomen, dan zullen we ons met name op de versimpeling en het beperken van het systeem moeten richten en niet op het zoeken naar een tijdelijke zondebok.
